Bijeenkomst van de staatshoofden en regeringsleiders van de EU met Turkije: persbriefing

“Meerdere personen rond de tafel, waaronder ikzelf, hebben ervoor gepleit dat de relatie tussen de EU en Turkije wordt ingepast in een globale aanpak. Wij worden uiteraard op zeer korte termijn geconfronteerd met de vluchtelingensituatie, met de ernstige crisis in Syrië, in Libië en in Irak. Het garanderen van de veiligheid is een extreem belangrijke uitdaging waarmee we ook rekening moeten houden. Ik heb hier zeer intensief voor gepleit. De relatie met Turkije is ook een zeer sterke economische stap. Aan de ene kant is er een strategisch partnerschap, en aan de andere kant is er een proces van toetreding tot de EU, dat al zeer lang geleden is gestart. Het is in het kader van deze twee stappen dat de politieke dialoog met Turkije verloopt. De top van deze namiddag heeft als doel een politieke dynamiek te doen opleven, om in het kader van het actieplan oplossingen proberen te vinden met een win-winbenadering. (…) Een blanco cheque weigeren is zeer duidelijk zeggen dat er geen middelen kunnen worden vrijgemaakt zonder een concretisering van de engagementen. Wij verwachten van de Turkse regering dat ze bereid is om inspanningen te leveren om de illegale migratiestroom zoveel mogelijk te beperken of zelfs te stoppen en dus samen met ons deel te nemen aan de zeer strenge grenscontrole tussen Turkije en Europa. Bovendien willen we een strenge grenscontrole tussen Turkije en Syrië. Dat is een belangrijk element. We willen dat de Syrische vluchtelingen toegang hebben tot de arbeidsmarkt in Turkije. Ook willen we dat beslissingen op het terrein worden uitgevoerd en geconcretiseerd zodat zoveel mogelijk vluchtelingen waardig, behoorlijk en zo dicht mogelijk bij hun woonplaats kunnen worden opgevangen. Dat is het signaal dat we hebben gegeven. Meerderen van ons waren zeer duidelijk over de visaliberalisering. We bekijken dat in alle voorzichtigheid. We denken dat de absolute prioriteit, vóór de visaliberalisering, ligt in een zeer strenge versterking van de grenzen en dat Turkije blijk moet geven van zijn capaciteit om de engagementen die het is aangegaan te concretiseren.”