Toespraken

Diplomatieke contactdagen 2016

Toespraak eerste minister Charles Michel

Mijnheer de voorzitter van het Directiecomité,

Geachte ambassadeurs,

Ik ben blij dat jullie dit jaar aanwezig zijn op de diplomatieke contactdagen. Sommigen onder jullie heb ik vorig jaar al mogen ontmoeten, anderen zal ik tijdens mijn volgende opdrachten nog ontmoeten.

Het voorbije jaar was zeer bewogen, in België en in de rest van de wereld.

Ook het komende jaar zit vol belangrijke uitdagingen.

Drie thema’s zullen in de komende weken en maanden een groot deel van onze energie opeisen: onze sociale en economische situatie, onze veiligheid en de vluchtelingencrisis.

Alle thema’s hebben gevolgen voor onze internationale relaties, en voor jullie opdrachten.

De economische situatie in België

Ik had het aangekondigd tijdens de vorming van deze regering: de jobcreatie en de groei zijn een prioriteit. We wachten niet tot de groei komt, maar we creëren groei.

Sinds vorig jaar hebben we belangrijke maatregelen genomen die op middellange en lange termijn de economische situatie van ons land aanzienlijk moeten verbeteren.

Ze gaan ervoor zorgen dat we verder kunnen groeien en dat we ons hoog niveau van sociale bescherming kunnen aanhouden.

Deze maatregelen zijn zeer concreet en hebben rechtstreeks betrekking op jullie economische diplomatie. Ik moedig jullie aan om er reclame voor te maken in de zakenwereld van jullie rechtsgebied.

Ze beantwoorden onder meer aan tal van opmerkingen die ik heb gehoord van buitenlandse investeerders in België:

  • competiviteit
  • fiscaliteit
  • arbeidsmarkt

Verminderen van de loonhandicap

De verbetering van de competitiviteit is de beste manier om jobs te creëren. Eén van onze voornaamste problemen is de loonhandicap. Ten opzichte van onze drie buurlanden (Frankrijk, Duitsland, Nederland) vertonen we sinds 1996 een loonhandicap van 2,9%.

Een loonhandicap van 2,9%, dat is enorm voor een potentiële investeerder. Als we dit niet hadden aangepakt, waren er zeker potentiële jobs verloren gegaan.

We moesten ingrijpen.

Om deze handicap weg te werken, heeft de regering vanaf 2015  een eenmalige en sociaal gecorrigeerde indexsprong beslist.

Tax shift

Maar een indexsprong zal niet voldoende zijn. Om diegenen die jobs creëren aan te moedigen, moesten we ook de fiscaliteit aanpakken. Ik heb het hier over de tax shift.

Deze hervorming moet ervoor zorgen dat werken goedkoper wordt.

Zo kunnen we de sociale lasten voor bedrijven verminderen, maar ook hun loonhandicap wegwerken.

Een belangrijk cijfer om te onthouden, is het cijfer van de werkgeversbijdragen, die dalen van 33% naar 25%.

De tax shift is ook voordelig voor werknemers. Hun loon wordt minder belast en dat is al zichtbaar op de loonbriefjes van deze maand.

Meer nettoloon is gunstig voor de koopkracht en voor de consumptie.

De tax shift, dat is 8 miljard euro brandstof die wordt geïnjecteerd in de economische en sociale motor van ons land.

Als de economie herop leeft,  worden investeringen gestimuleerd, jobs gecreëerd en ons bedreigde sociaal model veiliggesteld.

Mijnheer de voorzitter van het Directiecomité,

Geachte ambassadeurs,

Het werk dat sinds een jaar door deze regering is geleverd, begint zijn vruchten al af te werpen.

Er zijn de laatste weken namelijk heel wat zeer bemoedigende cijfers vrijgegeven door verschillende officiële instellingen (NBB, Planbureau, Centrale voor kredieten, RVA, Eurostat etc.).

Wat wil dat concreet zeggen?

  • De creatie van 50 000 tot 60 000 nieuwe jobs wordt voorzien tegen 2016.
  • De gemiddelde werkloosheid is in 2015 gedaald met meer dan 6% ten opzichte van 2014.
  • Het consumentenvertrouwen is sterk toegenomen sinds eind 2014 en heeft het hoogste niveau bereikt sinds 2011.
  • Het vertrouwen van de bedrijven blijft stijgen sinds januari 2015.

Er wordt voorzien dat de groei van de export van goederen en diensten 3,4% zal bereiken in 2015 en 4,6% in 2016.

Dat verkopen in het buitenland

Mijnheer de voorzitter van het Directiecomité,

Geachte ambassadeurs,

Het is in deze nieuwe context dat ik jullie vraag om de inspanningen voor economische diplomatie op te voeren.

Deze nieuwe fiscaliteit moet ervoor zorgen dat jullie de huidige en potentiële investeerders kunnen stimuleren en dat jullie hun een nieuwe visie kunnen geven over hun projecten in België.

Ik ben van plan om dit zelf te gaan promoten in het buitenland.

Ik wil een groep van wijzen/taskforce oprichten rond de gouverneur van de Nationale Bank. Het doel is om onze nieuwe troeven te maximaliseren in het buitenland in overleg met de deelstaten.

Er zullen snel missies volgen. Eind maart zal ik een officieel bezoek brengen aan China. Ik zal er deelnemen aan het Boao-forum, de Aziatische tegenhanger van het WEF in Davos.

Ook zal ik tijdens de eerste helft van dit jaar kortere reizen doen naar enkele Europese lidstaten. Want binnen Europa het grootste deel van onze buitenlandse investeringen komt. Daarna zullen er missies volgen, onder meer naar Noord-Amerika.

De economische situatie in Europa

Op Europees niveau hebben we onze geloofwaardigheid hersteld. De Europese Commissie, de OESO, het IMF, de Eurogroep en de ratingbureaus juichen onze hervormingen unaniem toe en moedigen ons aan om door te gaan.

De Europese Unie blijft uiteraard de katalysator van onze groei. België blijft werken aan de verdieping van de interne markt en pleit voor de uitdieping van de Economische en Monetaire Unie. De euro moet worden verdedigd. De muntunie kwam in gevaar door de Griekse crisis, en ik hoop dat we er collectief lessen uit kunnen trekken om vooruit te gaan.

De macht van de Europese Unie als economische speler op het internationale toneel moet ons ook als springplank dienen. Uit de onderhandelingen over vrijhandelsovereenkomsten met de Verenigde Staten, Japan of India kan België maximaal voordeel halen.

De mondiale economische situatie

Onze groei is ook afhankelijk van de wereldeconomie. Ik ben uiteraard bezorgd over de schommelingen van de Chinese economie en de gevolgen ervan in Azië en elders. Het zal rechtstreekse gevolgen hebben bij ons.

De algemene neergang van de opkomende economieën brengt onze inspanningen in het gedrang. Het behoud van de olieprijs op een relatief laag niveau zou ons op termijn ook parten kunnen spelen.

De migraties

Mijnheer de voorzitter van het Directiecomité,

Geachte ambassadeurs,

Situatie in België

De migratiecrisis waarmee we worden geconfronteerd, is de ergste sinds 1945. Volgens het Hoog Commissariaat voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties zou het aantal vluchtelingen, asielzoekers en ontheemden in de hele wereld in 2015 voor de eerste keer sinds de Tweede Wereldoorlog de 60 miljoen overschrijden.

Volgens de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) zijn er meer dan 1 miljoen personen naar Europa gekomen in 2015. Ongeveer 850 000 hebben dit gedaan via Griekenland vanuit Turkije.

Ze komen voornamelijk uit Syrië, Afghanistan, Irak, Pakistan en Iran.

De migratiecrisis is vooral een menselijk drama. In 2015 zijn 3 771 migranten om het leven gekomen op de Middellandse Zee. Voor diegenen die de oversteek hebben overleefd, is de tocht nog niet afgelopen.

In 2015 zijn er in België 35 476 asielaanvragen ingediend. Dat is het dubbele ten opzichte van 2014. Wij zijn het achtste Europese land in termen van ingediende asielaanvragen per inwoner. Wat deze migratiecrisis onderscheidt van de eerdere, is voornamelijk de erkenningsgraad die nooit eerder geziene niveaus bereikt. Vroeger lag dat percentage tussen 20 en 23%. In 2015 was dat 60%.

België leeft zijn opvang- en beschermingsverplichtingen na. De meerderheid van de Syriërs (97,6%), Eritreeërs (94%), Somaliërs (81,8%), Afghanen (77,3%) en Irakezen (72,2%) die bij ons asiel hebben aangevraagd, hebben het vluchtelingenstatuut of het subsidiaire beschermingsstatuut gekregen.

Om het hoofd te bieden aan deze stromen heeft de regering extra opvangplaatsen gecreëerd: 35 000 deze maand ten opzichte van 18 345 in juni 2015. Alle betrokken diensten werden versterkt en draaien op volle capaciteit. Maar de crisis is niet voorbij. Vanaf de lente zullen de oversteektochten over de Middellandse Zee opnieuw beginnen en zal de migratiedruk nog toenemen.

Binnen de Unie

De crisis treft de lidstaten niet allemaal op dezelfde manier. Italië en Griekenland spelen een hoofdrol. De landen van het Noorden en het Westen zijn de bestemming. Sommige landen van Centraal-Europa fungeren als doorlaatposten. Elders zijn de cijfers meer bescheiden. De gevoelige punten, de noden en de publieke opinies zijn dus erg uiteenlopend.

België heeft expliciet gepleit voor een gezamenlijke aanpak van de migratiecrisis, en heeft de nadruk gelegd op verantwoordelijkheid en  solidariteit. Zoals u weet, was dit laatste punt bijzonder omstreden. Er waren hevige discussies tussen staatshoofden en regeringsleiders. Maar ik blijf van mening dat de solidariteit binnen de Europese Unie niet van één kant moet komen. Ze geldt voor de samenhang, voor de landbouw, maar ook voor de migratie.

Er werden relocalisatie- en hervestigingssystemen ingevoerd, soms met veel moeite. Ze zijn moeilijk om uit te voeren, maar ze blijven tot nog toe de beste oplossing om de inspanningen eerlijk te verdelen onder iedereen.

De externe dimensie

De Unie heeft ook snel gewerkt aan de externe dimensie van de migratie, zowel in Afrika als in het Midden-Oosten.

Het is de aanpak van de drie D’s (Diplomatie, Development en Defensie), die nodig is om de oorzaken van de migratie aan te pakken. De conflicten, het geweld en het niet respecteren van de mensenrechten en de rechtsstaat zijn de eerste factoren die ervoor zorgen dat de vluchtelingen beginnen aan de tocht. Maar het gebrek aan hoop, de ellende en de honger of zelfs de klimaatverandering zijn ook bepalende factoren.

Er is een algemene aanpak nodig, hoe complex ook.

In de aanpak van de Unie werd een specifieke inspanning geleverd voor Turkije. Ankara vangt net als Beiroet en Amman een groot aantal Syrische vluchtelingen op.

Turkije is ook het vertrekpunt richting Europa. Samen met Turkije werd een routekaart goedgekeurd. Er zouden financiële middelen kunnen worden vrijgemaakt om de opvang van de Syrische vluchtelingen te ondersteunen.

Maar ikzelf verwacht van Turkije dat het resultaten boekt in zijn inspanningen om de illegale migratie onder controle te krijgen en de mensenhandelaars aan te pakken.

De kern van de crisis bevindt zich uiteraard in Syrië zelf. Daar is er ook geen eenvoudige oplossing.

Ik hoop dat we een positief proces kunnen opstarten. We moeten in elk geval de Speciaal Gezant Staffan de Mistura en de onderhandelingen blijven steunen.

Resolutie 2254 van de Veiligheidsraad van december 2015 toont een vooruitgang in de inspanningen van de internationale gemeenschap.

Ik hoop dat de spanningen tussen Iran en Saoedi-Arabië enerzijds en tussen Rusland en Turkije anderzijds het proces niet in gevaar zullen brengen.

In Syrië kan er enkel vrede komen door twee parallelle wegen te volgen. Onderhandelingen om de democratie op te leggen enerzijds, en de strijd tegen Daesh opvoeren anderzijds.

België biedt hier bijzondere steun aan Irak. Ik denk onder meer aan de opleiders die werken met de strijdkrachten, maar ook aan onze F16’s die vanaf juli 2016 voor een jaar zullen terugkeren naar de regio.

De veiligheid

Mijnheer de voorzitter van het Directiecomité,

Geachte ambassadeurs,

Daesh en Syrië zijn niet zo ver van ons. Dat toont ook de gruwel van het terrorisme die ons vorig jaar heeft getroffen.

Laten we duidelijk zijn: de dreiging ligt voor ons. Ze is aanwezig, en ze zal nog grote inspanningen vragen.

Dankzij de waakzaamheid van onze veiligheidsdiensten hebben we aanslagen op ons grondgebied kunnen voorkomen. Ik denk hierbij onder andere aan de cel van Verviers. Maar de aanslagen in Parijs hebben ons laten zien dat de dreiging van het radicalisme zeer ernstig en algemeen is.

De regering heeft vorig jaar twee reeksen maatregelen genomen: 12 na de aanslagen op Charlie Hebdo en 18 na die op de Bataclan. Ze moeten het werk van de politie, van justitie en van onze inlichtingendiensten optimaliseren. Bovendien werden aanzienlijke middelen vrijgemaakt voor de veiligheid: ongeveer 400 miljoen euro zal de mensen op het terrein ondersteunen.

Ook op Europees niveau werd er vooruitgang geboekt.

Ik denk bijvoorbeeld aan het PNR-bestand waarmee de verplaatsingen kunnen worden getraceerd van potentiële terroristen of van personen die worden verdacht van radicalisering die de Europese Unie binnenkomen of verlaten. Dat is bijzonder belangrijk omdat we geconfronteerd worden met foreign fighters die de Schengenzone misbruiken om zich vrij te verplaatsen.

De Europese samenwerking tussen de diensten – met name de politiediensten en de inlichtingendiensten – wordt intenser.

Met Frankrijk hebben we nauw samengewerkt na de aanslagen op de Bataclan. De samenwerking tussen onze diensten verloopt beter dan ooit en we boeken resultaten. Het toont ook aan wat er kan worden verbeterd en wat er moet worden versterkt.

Volgende week maandag zal ik over al deze kwesties nog de balans opmaken met mijn Franse collega Manuel Valls en onze ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie.

Belgian Bashing

Ik ben me ervan bewust dat België het voorwerp heeft uitgemaakt van een echte bashing in sommige landen als gevolg van de aanslagen. Dit negatieve imago moeten we zo snel mogelijk ombuigen.

Ook hier wil ik jullie vragen om alle nodige energie te besteden aan de verbetering van het imago van België. Nee, België is geen rechteloos gebied.

Ja, wij nemen maatregelen en we boeken resultaten.

Afrika

Mijnheer de voorzitter van het Directiecomité,

Geachte ambassadeurs,

Ik zou willen eindigen met enkele woorden voor Afrika.

U weet dat ik de politieke situatie in Afrika zeer aandachtig volg. Vooral Centraal- en West-Afrika zijn landen die België goed kent. We zijn er zeer actief, onder meer door onze ontwikkelingssamenwerking.

De eerste voorwaarde voor ontwikkeling is echter het respect voor de rechtsstaat en voor de fundamentele vrijheden.

Ik heb het vorig jaar in september gezegd op het VN-podium: er is geen democratie zonder legitimiteit. Er is geen legitimiteit zonder het respect voor het constitutioneel pact dat de bevolkingen en hun leiders verenigt.

En omdat er de komende tijd op verschillende plaatsen verkiezingen plaatsvinden in Afrika, is dit respect zeer belangrijk. Er nu aan voorbijgaan, zou leiden tot instabiliteit en chaos, waarvoor de burgers als eersten moeten opdraaien.

Conclusie

Dat brengt me ten slotte tot de rol die België wil spelen in de wereld en tot onze kandidatuur voor een niet-permanente zetel in de Veiligheidsraad.

Ons land moet fier zijn op de inspanningen die ze levert om zijn waarden te verdedigen. Het verdedigen van de democratie, van de vrijheid, van de mensenrechten en het verwerpen van geweld en van obscurantisme is onze strijd.

Te midden van een wereld die verandert, tegenover de uitdagingen van de economische crisis, de conflicten, de vluchtelingen, de strijd tegen de klimaatverandering of het terrorisme, moeten we terugkeren naar deze fundamentele waarden om ons denken en onze actie te sturen.

Dat maakt ook deel uit van onze eigenheid. Dat vormt ons imago in de wereld. Dat geeft uiteindelijk zin aan onze internationale actie, die niet enkel bestaat uit de verdediging van onze belangen, maar ook ons idee van het gemeenschappelijk goed en onze universele waarden.

Een campagne voor de Veiligheidsraad is nooit op voorhand gewonnen. Het is een werk van lange adem dat ons allen moet mobiliseren. Het is een uitdaging, en ik nodig jullie uit om deze samen aan te gaan.

Bedankt voor jullie aandacht.